De kritische blik van Bernard Hulsman op Postmodernisme en SuperDutch in Den Haag

Het Haegsch Hof | Foto P.Pagel- Christoph Kohl Architekten

Tekst: Judith Schotanus
Headerbeeld: Het Haegsch Hof – P.Pagel/ Christoph Kohl Architekten

Moderne en traditionele architectuur zijn twee kanten van dezelfde medaille, betoogt architectuurcriticus en journalist Bernard Hulsman (NRC Handelsblad). De tegenstelling berust eigenlijk op misverstanden. En New Urbanism in Den Haag is daarvan het gebouwde voorbeeld.

Architectuurjournalisten en critici als Frans Oremus (medeoprichter) waren in de beginperiode actief bij het Haags Architectuur Café (toen HAC) betrokken. Een van de doelen was toen in 1977, dat voor- en tegenstanders van architectuurstromingen elkaar op een informele manier konden ontmoeten en discussiëren. Sinds de opkomst van het Nieuwe Bouwen zijn er twee kampen in de architectuur: toen de modernisten en de traditionalisten, nu SuperDutch (Koolhaas, MVRDV) en de neotraditionalisten (Soeters, Krier). Het begrip Post-modernisme werd vergeten en tegenwoordig spreek men over het Traditionalisme. Welke termen er ook gebruikt worden, de tegenstelling wordt nog steeds sterk gevoeld.

Bernhard Hulsman meent echter dat er meer overeenkomsten tussen de architectuurstromingen zijn dan, men op het eerste gezicht zou denken. Het Zaanse stadhuis van Sjoerd Soeters is net zo goed postmodern als de glazen boerderij van MVRDV in Schijndel. Hij ging op zoek naar de achterliggende redenen van deze tegenstelling en stuitte op een aantal misverstanden. De hele discussie tussen post-modern en modern die het laatste kwart van de vorige eeuw architecten bezig hield komt zo in een nieuw licht te staan. Hulsman gaf een inspirerende lezing ter gelegenheid van de uitreiking van de Nieuwe Berlagevlag 2017.


Zaans Stadscentrum Masterplan Krier | Foto Bart van Hoek architectuurbeeldbank.nl/
Glazen boerderij Schijndel / MVRDV – Foto © Daria Scagliola & Stijn Brakkee www.mvrdv.nl

De tijdgeest bestaat niet?

De sterk conceptuele SuperDutch architectuur is een exponent van de globalisering en de digitalisering. Tegelijk met de wereldwijde doorbraak van Koolhaas werd in Den Haag echter de Resident gebouwd. Hoewel het project door menig (Haags) architect fel werd bekritiseerd om zijn traditionele vormentaal, is Rob Krier een invloedrijke figuur geworden in de Nederlandse architectuur van de laatste 25 jaar, en vooral in Den Haag. Krier ontwierp ook de kritische reconstructie van de Rivierenbuurt. Ook nu nog wordt veel geïmiteerd. De woningen in de nieuwe wijk Vroondaal van Zeinstra Verbeek, zijn bijvoorbeeld geïnspireerd door de architectuur van het Haagse Statenkwartier uit eind 19e begin 20e eeuw.

De Resident [Den Haag] | Masterplan Rob Krier – bron beeld Krier . Kohl
Het Haegsch Hof [Den Haag] | Masterplan Krier . Kohl | Foto Judith Schotanus

Veel architecten en critici geloven in het idee dat architectuur de tijdgeest zou moeten uitdrukken. ‘Architektur ist raumgefasster Zeitgeist’ zei Mies van der Rohe. Moderne architectuur weerspiegelt de vooruitgang en elk tijdperk heeft daardoor een eigen karakter. Traditionele architecten zouden, is de kritiek, de loop van de geschiedenis en de vooruitgang naar een betere wereld dus tegenhouden. Hulsman stelt echter het idee dat de geschiedenis een doel heeft ter discussie. De stelling van denker Francis Fukuyama dat het einde van de Koude Oorlog, ook het einde van de vooruitgang in de menselijke geschiedenis betekende is onzinnig. De liberale democratie blijkt ook niet universeel omarmd als de beste regeringsvorm. En het bestaan van een tijdgeest is volgens Hulsman daarom een misverstand.

Snelle veranderingen in de maatschappij, zoals de digitalisering en globalisering van de wereldeconomie met daarmee gepaard gaande onzekerheden, roepen altijd een tegenreactie op, betoogt Hulsman. Mensen hebben behoefte aan geborgenheid en eigenheid. Daarmee heeft het (neo)traditionalisme zijn eigen bestaansrecht. Modern en traditioneel zijn twee tegenpolen die bij elkaar horen. Hedendaags is alles wat er nu gebouwd wordt. Imitatie is de basis van kunst en architectuur. Ook in de moderne architectuur is imitatie van voorbeelden uit het verleden business as usual. Waar het volgens Hulsman vooral om gaat is niet de stijl, maar de kwaliteit. Dat een gebouw goed ontworpen en gemaakt is.

Gematigd modern als typisch Haags

In Den Haag zijn zowel de moderne voorlopers vertegenwoordigd met de Nirvanaflat van Duiker en de Tramtunnel en Rijnstraat 8 van Koolhaas, als de traditionalisten met de woningen van Kropholler in de Vogelwijk, de Resident van Krier en de Kessler Stichting van Soeters. Toch is de waardering in de stad voor het meer gematigde midden groot. In het interbellum van de vorige eeuw nam de Nieuwe Haagse School met haar strakke lijnen en geometrische volumes een gematigd moderne positie in tussen de expressieve Amsterdamse School en de strakke Nieuwe Zakelijkheid. Vakkundig gedetailleerde en gemetselde bakstenen gebouwen met redelijk abstracte ornamenten bepalen het karakter van grote delen van Den Haag. Door de hoge kwaliteit van veel van deze gebouwen en ensembles, is de Nieuwe Haagse School nog steeds een belangrijke inspiratiebron. Zijn Marlot en Papaverhof niet sinds jaar en dag de meest iconische en gewilde woonbuurten van de stad?


Haagsche School Parkflat Marlot 1936 | Bron Haags Gemeente Archief

De uitersten in het spectrum tussen modern en traditioneel zorgen voor vernieuwing en leveren interessante discussies op. Voor de stad is het minstens zo belangrijk dat alle gebouwen die er meer tussenin zitten, dan wel geen opvallende iconen zijn, maar toch van hoge kwaliteit getuigen. Die kwaliteit zit niet alleen in de stijl, ook het ambacht en aandacht voor het gebruik en de menselijke maat spelen een belangrijke rol. Wellicht is het daarom ook niet verwonderlijk dat het Wijnhavenkwartier de Haagse architectuurprijs Nieuwe Berlagevlag 2017 won en de Groene Mient een eervolle vermelding kreeg. Het zijn beide zeer degelijk ontworpen en gedetailleerde gebouwen. Abstract, met een warme uitstraling. Conceptueel noch traditioneel: gematigd modern. Continue aandacht en waardering voor de kwaliteiten die dit soort gebouwen toevoegen aan de stad is noodzakelijk. Geen bling bling glaswerk zoals op de Zuidas of een gigantische markthal zoals in Rotterdam, maar Haags.

Wijnhavenkwartier [Winnaar Berlagevlag] | Geurst & Schulze architecten en interieur Campus Studio Leon Thier architecture / interior m.m.v. StudioLEFT| Foto Stefan Müller
Groene Mient [Eervolle vermelding Berlagevlag] |Architektenkombinatie Bos Hofman i.s.m. FilliéVerhoeven Architecten | Foto François Verhoeven

De inspiratielezing van Bernard Hulsman is gebaseerd op zijn boek ‘Apenrotsen en andere nauwe verwanten’ en vond plaats voorafgaand aan de uitreiking van de Nieuwe Berlagevlag 2017 op 20 februari 2018 in het pas opgeleverde Hotel Indigo. Organisatie BNA in Den Haag en Haags Architectuur Café (HaAC)

Leave a Comment

*