Nieuwe Haagse Passage: Dieptepunt van de Haagse iconenarchitectuur?

Tekst: Marcel Teunissen.

Het tegelpatroon in wit-blauw van de amoebegevel zou zijn afgeleid van Hollandse wolkenluchten en Delfts Blauw. Dat is op zijn zachtst gezegd merkwaardig op zo’n vitale plek in de Haagse binnenstad. Zoiets kun je Barack Obama wijsmaken, maar een tweedejaars Bouwkunde was daar niet makkelijk mee weggekomen. Hollandse wolkenluchten? Zijn die echt zo anders dan in Zwitserland? Delfts Blauw? Misschien had Bernard Tschumi beter de Haagse porseleinfabriek Rozenburg kunnen noemen. Hij had een voorbeeld kunnen nemen aan Cesar Pelli, die zich voor zijn ontwerp van de Zurichtoren in de Resident tenminste liet inspireren door het begin 1976 door brand verwoeste Planetarium, boven het gebouw van de Haagse Courant. Het maakte echter niet uit. De Welstandscommissie slikte de uitleg als zoete koek en stadsstedenbouwer Maarten Schmitt kreeg wat hij graag wilde: een ‘Tschumi’ in de Haagse binnenstad.

De Nieuwe Haagse Passage van Multi Vastgoed omvat winkels, een hotel en bescheiden horecagelegenheden van zo’n 10.000 vierkante meter en kost ongeveer 80 miljoen Euro. De oplevering is nabij. Het project is onderdeel van wat eind jaren negentig als het Plan Spuimarkt werd gelanceerd. Terwijl de bouw van de nieuwe wijk de Resident in ‘full swing’ was, werd de aandacht verlegd naar de andere zijde van het Spui. Onder meer de shabby, gedateerde, maar sfeervolle Markthof moest flink op de schop.

Het met de Resident zo geslaagde workshopverband werd ook voor de Spuimarkt ingezet. Stadsstedenbouwer Kees Rijnboutt was inmiddels afgelost door Maarten Schmitt. Eind november 1998 stemde de Raad in met het Masterplan Spuimarkt. Dat werd uitgewerkt tot een stedenbouwkundig plan dat in januari 2000 door de Raad werd goedgekeurd. In de volgende fase van uitwerking werden wel wat architecten versleten. Zo verdween bijvoorbeeld Mecanoo vrij geruisloos van het toneel.

Nieuwe voetgangersverbinding

Plan Spuimarkt is nog niet klaar, maar na de bouw van Pathé en de oplevering van het Rabbijn Maarsenplein was men een eind op dreef. Het verlengen van de door Henk Westra ontworpen Passage uit 1885 was een opvallend element van het eerste uur. De gedachte was begrijpelijk. De in 1929 met een Art Deco-poot naar de Hofweg uitgebreide Passage vormt sinds de opening een ononderbroken succes. Een voetgangersverbinding met de Grote Marktstraat vormt niet alleen een verrijking van het stedelijk weefsel, maar trekt ook meer winkelend publiek. De ontwerpopgave leek op het lijf geschreven van Robert Stern, maar op de een of andere manier sprak hij niet de taal van de stadsstedenbouwer. Het moest Tschumi worden. De Frans-Zwitserse sterarchitect van weleer kreeg wel een envelop. Multi Vastgoed was financieel ingestapt en had de ontwerpafdeling T & T Design – op de Haagse Arc na verantwoordelijk voor wat obligate kantoorgebouwen in Den Haag – een plan op hoofdlijnen laten maken. Tschumi werkte dit verder uit.

Het gevelbeeld heeft in de Grote Marktstraat weinig weg van een passage.

Grand Bazar de la Paix

Om het oude pand van Marks & Spencer dat in 2011 voor de doorbraak werd gesloopt, heeft niemand een traan gelaten. Dat de routing dwars door het in de loop der tijd zwaar gehavende Grand bazar de la Paix werd gelegd – ooit het meest trotse warenhuis van het Haagse fin de siècle – deed meer pijn. Rappange & partners probeert te redden wat er te redden valt van de gevel van het pand, dat net als het Planetarium werd ontworpen door J.C. van Dorsser.

Hollandse gatenkaas

Wordt de Haagse Passage echt verlengd? Of wordt er een uiterlijk wat kitscherig, vrij willekeurig gebouw neergezet waarvan de voetgangersroute in de as ligt van het oudste deel van de Passage van Westra? En als dat laatste klopt naar het lijkt, hoe erg is dat? Het gevelbeeld heeft in de Grote Marktstraat weinig weg van een passage. Het gebouw zal zich moeten bewijzen in het gebruik en de Haagse burgers gaan het binnenkort testen. Met de Bijenkorf aan de overkant luidde de opgave: bouwen in een historisch waardevolle omgeving. Contextualisme is niet altijd verplicht, maar de Nieuwe Haagse Passage kun je evenmin ‘global architecture’ noemen. Het is de vraag of de Haagse burgerij het bouwwerk van Tschumi – hij had ook naar Hollandse gatenkaas kunnen verwijzen – in de armen zal sluiten, in het gebruik, maar vooral ook als nieuw Haags icoon.

4 Comments

  1. Elbert Arens says:

    Helemaal eens met de auteur van bovenstaand stuk. Ik heb de nieuwe Haagse passage eerder ook ‘Walter Benjamin’s nightmare’ genoemd, iets waar ik nog steeds achter sta. Er is echt iets goed mis met dit gebouw. De constructie lijkt een bij elkaar geraapt zooitje mecanoo onderdelen en de gevel is van een mismaakte lelijkheid die voor weinig gebouwen is weggelegd. De ‘speelse’ gaten storen het nog het meest, naast de goedkope uitstraling van het (ongetwijfeld zeer kostbare) plastic dat tegen de wand is geplakt. Orde, ritme, materiaal, het doet niets met dit gebouw, of beter gezegd: dit gebouw heeft lak aan elke vorm van schoonheid of enig ander principe van architectonische kwaliteit dan ook. Op stedenbouwkundig niveau doet het gebouw wat het moet doen, het vormt een passage, een verbinding tussen twee gebieden in het verlengde van de monumentale passage. Maar waar de één een vorm en maat heeft waarbij het uitnodigt om deze route te nemen ook al is het niet altijd de kortste weg, is de ander een slap aftreksel van een overdekt winkelcentrum dat toevalligerwijs een in- en uitgang kent.

  2. Victor says:

    Een vernieuwde soort Panderpassage; daar zat nou niemand op te wachten.

  3. Anton says:

    Ik ben heel benieuwd wie dit vreselijke gebouw heeft goedgekeurd. Het is een ware belediging voor de oude passage.

  4. Paul Wernert says:

    Zo vanaf het kruispunt met het Spui de Grote Marktstraat inkijkend vind ik de NHP een vrolijke tinteling aan deze straat geven. Is het allemaal zo vreselijk? Welnee!
    De enige echte dissonanten zijn het gebouw van V&D en van de Hema.
    De gevel van het V&D-gebouw zou een goede renovatiebeurt moeten krijgen en die oerlelijke luifel zou gesloopt moeten worden. De gevel is wat mij betreft compositorisch niet verkeerd, daarom zou zo’n opknapbeurt al wonderen kunnen verrichten.
    Hetzelfde geldt min of meer voor de gevel van het Hema-gebouw, al spreekt deze mij veel minder aan dan die van V&D en is een dissonant in zo’n straat nog wel acceptabel. Me dunkt.

Leave a Comment

*