Maak de nieuwe plannen voor het Binnenhof snel openbaar

Tekst: Kees van der Hoeven

Het is nu ruim veertig jaar geleden dat toenmalig Rijksbouwmeester Wim Quist een competitie uitschrijft voor het ontwerp van de uitbreiding van de Tweede Kamergebouwen aan het Binnenhof in Den Haag. Er komen 113 ontwerpen binnen, en ze worden vervolgens beoordeeld door een professionele jury, maar na uitvoerig beraad wordt geen van de ingezonden plannen gekozen voor realisatie.

Er ontstaat een levendig debat over de verschillende ontwerprichtingen en vooral het ingrijpende ontwerp van architect Rem Koolhaas – mede door de bijzondere ruimtelijke tekeningen van zijn toenmalige medewerker Zaha Hadid – wordt in het levendige publieke discours in de vaderlandse culturele wereld van harte gesteund. Overigens blijkt dat baanbrekende ontwerp onderdeel te zijn van hun vliegende start voor een zeer succesvolle en zelfs wereldomvattende architectuurcarrière.

Van prijsvraag naar meervoudige opdracht

Uiteindelijk blaast minister Belaerts van Blokland de prijsvraag af en geeft in een meervoudige opdracht drie andere architecten de kans om een nieuw ontwerp te maken. Uit die besloten competitie komt architect Pi de Bruijn naar voren als degene die het ontwerpprobleem het meest intelligent benadert. Hij laat zien dat de opgave veel te groot is voor deze locatie en suggereert daarom sloop van de Hoge Raad aan het Plein.

Men kiest hem vervolgens als uitvoerend architect en hij bouwt aansluitend het voor ons nu zo vertrouwde Tweede Kamercomplex, met de halfcirkelvormige vergaderzaal en met de belangrijke ‘ruggengraat’ die – over een lengte van honderd meter in het nieuwe gebouw – moet gaan fungeren als publieke verbinding tussen de entrees aan het Plein en aan de Hofplaats. Dat laatste zal er helaas nooit van komen, want toenemende dreiging van aanslagen leidt tot afsluiting plus strenge bewaking van die ingangen.

Het toch redelijk bescheiden, nieuwe parlementsgebouw wordt door de vakwereld over het algemeen welwillend ontvangen, hoewel enkele critici later ook harde noten kraken omtrent de ronde buitengevels aan de Hofplaats en de hoge perstoren op de buitenhoek.

Alles is geheim

Sobere renovatie omgegeven door geheimen

In de nu komende jaren worden alle gebouwen rondom het Binnenhof ingrijpend aangepast. Ze worden gerenoveerd, onderhoudstechnisch en energetisch bij de tijd gebracht en er wordt daarom al jaren intensief gewerkt aan de benodige ontwerpen.

De huidige Rijksbouwmeester Floris Alkemade stelt voor de supervisie over die plannen twee coördinerende architecten aan: Liesbeth van der Pol (voor de renovatie van Eerste Kamer, Raad van State, Grafelijke Zalen en ministerie van Algemene Zaken) en Ellen van Loon (voor alle gebouwen van de Tweede Kamer). Van Loon is een van de dragende partners van het Office for Metropolitan Architecture (OMA) en zo raakt ook oprichter Rem Koolhaas veertig jaar na dato – zij het indirect – alsnog bij dit project betrokken.

Alle plannen plus de complete selectieprocedure van architecten, adviseurs en aannemers worden vooralsnog ‘geheim’ verklaard, mede omdat het mogelijke inzicht in die projecten wederom kan leiden tot dreiging of expliciet gevaar van buitenaf. De totale kosten van het project zijn gemaximeerd op 475 miljoen euro en de bouwtijd mag maximaal vijf jaar bedragen. Ondanks die geheimhouding verschijnen er de laatste tijd echter verontrustende berichten over de ontwerpen en de bijbehorende budgetten.

Discussie met de handen op de rug

Het Algemeen Dagblad meldt dat Liesbeth van der Pol inmiddels niet meer bij het project betrokken is (naar haar eigen zeggen ‘omdat de hoofdlijnen waren goedgekeurd en de deelarchitecten – die we helemaal nog niet kennen – nu aan het werk kunnen’) en ook het Tweede Kamerproject ligt daar onder vuur. Een tropische binnentuin en verplaatsing van vergaderzalen naar de parterre worden door de Kamer niet gepruimd.

We kennen Ellen van Loon reeds als architect van het recent verbouwde en prijswinnende ministerie voor Buitenlandse Zaken en Infrastructuur aan de Rijnstraat 8 in Den Haag, maar daar kreeg ze na oplevering veel kritiek over de kleuren, de trappen en het volstrekt ontoereikende aantal werkplekken. Tot overmaat van ramp blijken kortgeleden ook de vloeren in sommige delen van dat gebouw niet draagkrachtig genoeg te zijn – net als overigens in de nieuwe hoogbouwministeries van BiZa en Justitie.

Hoewel er in al die gebouwen nu hard wordt gewerkt aan definitieve oplossingen, voorspellen de kritische opmerkingen van de bouwbegeleidingscommissie van de Tweede Kamer over de structuurplannen voor het Binnenhof echter weinig goeds.

Vorige week lazen we – opnieuw in het Algemeen Dagblad – dat ook architect Ellen van Loon in ongenade is gevallen. Het lijkt daarom verstandig om de discussie, die zich tot nu omfloerst binnen de achterkamertjes van beide Kamers afspeelt, nu geheel open te gooien. Zodat we over de plannen voor het Binnenhof, het belangrijkste publieke gebouwencomplex van ons land, voortaan in het openbaar kunnen debatteren. Precies zoals we in het verleden ook van de stadhuisplannen voor Amsterdam en Den Haag integraal kennis hebben kunnen nemen.

Dat ook die plannen duurder werden, weten we nu maar al te goed, maar over inhoud en uitgangspunten hebben we daar tenminste nog onze mening kunnen delen.

Kees van der Hoeven, architect te Wassenaar. ( in 1979 afgestudeerd met een ontwerp voor de uitbreiding van de Tweede Kamer )

One Comment

  1. Inderdaad. Opening van zaken is dringend nodig. In Buitenhof van zondag 7-4 werd hier ook op aangedrongen. Dit kan prima zonder veiligheidskwesties prijs te geven. Waar blijven de verantwoordelijken als de rijksbouwmeester, het Rijksvastgoedbedrijf, het ministerie van BZK? Wie heeft de architecten uitgekozen en op grond waarvan? Een ‘sobere verbouwing’ hoort misschien eerder thuis bij restauratie-architecten. Het hele stationsgedeelte en deel van het centrum liggen jaren op de schop voor verbouwingen van het belangrijkste gebouw van de democratie.

Leave a Comment

*